donderdag 18 november 2010

Te weinig handen

Ach, ik zie de wanhopige strijdlust in haar ogen, ik kijk beschaamd naar mijn vingertoppen en dan weer naar haar vragende gezicht. "Weet je, ik heb echt iemand nodig", zegt ze. Ik weet wat zij bedoelt en ik weet ook al dat ik niet de oplossing ben voor het Probleem, niet meer! Ik ben niet meer zo snel als 10 jaar geleden. Ik krijg de patiënt niet in die korte tijd fris gewassen en aangekleed. Dit deel van de functie trek ik niet meer. Ik zie slecht verzorgde wonden en slordigheden die zij niet ziet. Ik zie, hoor en ruik te veel. Ik wil hier een Minister van Volksgezondheid, een ochtendje maar, meeploeterend, net zoals ik.

De  vier of vijf verzorgenden 'doen' elke morgen 30 patiënten, nog steeds en nog net, zolang ze het volhouden. Dertig stramme en onwillig lijven. Dertig mensen die niet veel meer begrijpen. Dertig mannen en vrouwen die niet meegeven, wonden en verwrongen ledematen hebben, dertig uit de kluiten gewassen baby's. Met volle luiers die nu inco's heten. Minimaal 5 patiënten in twee en een half uur, dat is een half uur de man of vrouw. Wassen op bed of op de postoel, wassen en aankleden. Of douchen, van stoel naar stoel, hijsen en overzetten. Compleet met deo en scheerbeurt, met oorbellen en de bloes met 10 knoopjes. En alles moet, alles is verplicht en niets is vrijblijvend. Soms heeft men een pyjamadag, soms gaat men om 3 uur ´s middags al weer naar bed, omdat men oud is. Maar het wassen moet altijd, elke dag. En het verschonen, minstens drie keer per dag. En als een bewoner klaar is, na een uur, ruikt ie soms nog niet fris, de urine lucht heeft de huid geïmpregneerd. Minstens 6 uur kan een inco blijven zitten. Minstens 6 uur.

De 12 verzorgenden nemen 24 uur per dag de verzorging van 30 mensen voor hun rekening. Eentje in de nachtdienst en elf nemen de dag en avond voor hun rekening. Er zijn 28 nog levende bewoners en een paar terminale patiënten die bijna dood zijn en alleen op een kamertje liggen met een bewegingsdetector en palliatieve medicatie. Er is niemand bij hen. Er loopt wel regelmatig iemand binnen maar doodgaan doen ze te vaak in hun eentje, hopelijk hebben ze geen besef meer van hun omgeving, geen pijn en geen angst. Ik ben niet zo overtuigd van dat alles en schaam me diep over dit soort zaken. Familieleden klagen en zijn net zo onmachtig, dat wil zeggen als er familieleden zijn. Veel ouderen zijn eenzaam en alleen.

Er is geen onderscheid des persoons, nooit. De 83 jarige klaploper wordt net zo liefdevol behandeld als de 73 jarige moeder die alleen voor een groot gezin heeft gestaan. Het zijn allemaal bewoners van de units van de laatste fase. Ze hebben allemaal dementie, weten niet echt meer wie ze zijn en zien elke minuut nieuwe dingen. Het gezicht dat ze enkele minuten eerder zagen komt hen vaag bekend voor maar het is niet meer dan dat. Niemand op de afdeling weet precies wat voor dementie de bewoners hebben, alleen de artsen en de therapeuten weten dat. Het medisch dossier is gesloten voor verzorgenden. Ze weten van de patiënt alleen wat hen verteld wordt en ze hebben ook niet genoeg tijd of mogelijkheden om zich er verder in te verdiepen.

De verzorgenden doen vreselijk hun best, ieder naar vermogen. De een is wat sneller, de andere wat handiger en de derde is vreselijk lief voor iedereen. Maar redden doen ze het niet. De patiënt die net gewassen is door een collega, wordt door mij afgedroogd en de handdoek vertoont nog sporen van ontlasting. Ik pak het washandje en sop nog een keer de liezen. Zij droogt, met een kleur op haar gezicht. Sip zegt ze dat het niet zoveel uitmaakt, zodra de patiënt gaat staan kan ze opnieuw beginnen. Veel patiënten laten alles lopen. Ik zeg niets en smeer met kracht vaseline op de rode plekken. Vaseline is niet zoals het hoort, maar zo wil de arts het. Ik zeg weer niets. Vaseline is goedkoop en kan in ieder geval geen kwaad.

Na een patiënt samen met haar verzorgd te hebben en nog een in mijn eentje wordt mijn onvoldane gevoel steeds groter, de laatste patiënt zit om kwart over 10 aan het ontbijt en om half één komt het middageten. De bewoners worden gestimuleerd om zelf te eten maar als dat niet kan, worden ze geholpen, twee huishoudelijke assistentes zorgen daarvoor, samen met de activiteitenbegeleiding, vrijwilligers en af en toe een leerling of een verzorgende die klaar is met de persoonlijke verzorging. Koffiepauze voor degene die om 7 uur begonnen is, is pas als de meest urgente bewoners klaar zijn. Lunchpauzes, in ploegen, er moeten genoeg verzorgenden zijn om te helpen met eten. 's Middags wordt er verschoond en een enkele keer getutterd, op bed gelegd en geschreven; een rondje over de gangen met de nog strompelende patiënten gelopen, als er tijd is. Er wordt veel overleg gepleegd zonder uitkomsten. Ik ben vol bewondering voor de verzorgenden die dit werk doen en volhouden, jaar in jaar uit. Ik begrijp ook de mensen die er uiteindelijk mee stoppen.

Om twaalf uur weet ik genoeg, iedereen lijkt moe, niemand klaagt, ze grappen wat tijdens de lunch, de humor is soms cynisch. De stemming is niet negatief, ze hebben zelf voor dit werk gekozen en iemand moet het doen. Ze chanteren zichzelf. Krap 2000 euro bruto verdienen de meesten. Een baan van 36 uur in de week, weekenden en avonden, nachtdiensten en feestdagen. Het zijn vrouwen met een gezin en kinderen, kinderen in een moeilijke leeftijd, kinderen met problemen die aandacht nodig hebben. De druk op deze vrouwen is groot en niet iedereen rolt daar ongeschonden doorheen. Er wordt tussen neus en lippen door verteld over persoonlijke zaken, het lucht duidelijk op.

Het werk is niet leuk meer, te zwaar en heeft te weinig inhoud. De patiëntenzorg in dit soort instellingen is matig, de liefde voor het werk ontbreekt vaak tegenwoordig en ik vraag me niet af waar dat aan ligt, ik heb het ook wel anders gezien. Ik heb nooit een luxe baan gehad, dit is me net iets te gortig. 30 niet zelfredzame patiënten voor 5 verzorgenden op een morgen heeft iets derdewereldachtigs en ondanks het feit dat iedereen hard doorwerkt, iets onmenselijk. Het is noch voor de patiënten noch voor de verzorgenden een goede optie.
Ik heb mijn keuze gemaakt. Mijn collega zal het nog even alleen moeten doen. Zo moeten werken is helemaal geen optie voor mij; zo moeten werken gaat me jaren van mijn leven en veel van mijn werkplezier kosten. En veel schuld- en schaamtegevoel opleveren en veel te weinig enigszins compenserend salaris.

Ik maak een lijst met knelpunten voor mijn archief. Dit is dweilen met de kraan open en ik wil wel dweilen maar dan moet eerst de kraan gerepareerd worden. En die reparatie bestaat uit meer goed opgeleide handen aan het bed.



©Gavi Mensch
Nederland BV, 15-11-2010

2 opmerkingen:

Eva zei

Het is zorgelijk en bizar...jammer hoor. Houd de moed!

Pascal zei

Kom ik dus, en klaarblijkelijk terecht weer terug op die gevangenissen: gevangenen in een verpleeghuis en de ouderen en langdurig zieken in de gevangenis. Er is mee geld voor gevangenen en de verzorging is er waarschijnlijk beter doordat er meer personeel is! De deuren op je verpleegafdeling waren ook gesloten, toch?

Een reactie posten