Naar aanleiding van een blog van Willy Velinga op de site
van de CNV, wil ik het volgende toevoegen aan haar excellente blog:
De wijkverpleegkundige doet alleen haar eigen patiënten,
niet de hele wijk. Ze is onderdeel van een wijkteam en werkt samen met
verzorgenden. De zorg instelling levert behalve deze mensen ook de huishoudelijke
hulp in sommige gevallen. Dit is samen met de huisartsen de thuiszorg.
En dan doet de huidige wijkverpleegkundige alleen nog haar
werk, waar ze de handen aan vol heeft (verpleging, coördinatie en contact familie,
artsen etc.) en ondertussen signaleert ze en mag ze zelf weten wat ze met die
signalen doet.
Vroeger zat ik op mijn fietsje en overzag het oostelijk deel
van een wijk met dure villa's en een deel achterstandsgebied.
Bij de dure villa's signaleerde ik alleen binnenshuis, in de
achterstandswijk, vertelde ik strenge oma's dat haar kleinzoon onder schooltijd
weer op straat liep en dat terwijl ik haar aan het verzorgen was. Oma stuurde dan
haar kleinzoon boos naar school, het was schande dat de wijkzuster met zoiets
moest komen. Ik signaleerde in allebei de wijkdelen het huiselijk geweld, het
drankmisbruik en andere verslavingen. Over gerommel op straat sprak ik de wijk
agent aan. Ik werkte per dagdeel: 2x4uur per dag en het werkoverleg was in
lunchtijd, we aten met elkaar met borden en kopjes op tafel. We hielpen ook wel
zonder indicatie, gewoon omdat iemand dat kwam vragen als je ergens bezig was.
Ook baby's en kleine kinderen van probleemgezinnen kregen 'controlebezoeken'. We
hadden veel eigen materiaal, de hulpmaterialen kwamen uit onze magazijnen en we
bestelden die zelf, bijna alles was in bruikleen, via een jaarlijks
lidmaatschap.
Nu is dat allang niet meer zo, je racet met je smartphone en
stopwatch van de een naar de ander. Een grootmoeder in een achterstandswijk
heeft echt niets meer in te brengen, de wijkagent zit slechts 1 morgen in de
week 'ergens'.
Zelf herindiceren mag of moet maar er worden daarvoor nog een
front- en backoffice en zorgcoördinatoren en -kantoren ingeschakeld. Het
indiceren is duurder dan de zorg. Zorgmiddelen gaan via dezelfde indicatie
wegen, duur en traag.
Vroeger deelden wij in onze wijkdelen 's morgens vroeg ons
werk in, om 7 uur aanwezig en hop op de fiets na de planning. Diabeten eerst,
dan de werkenden en daarna de mensen voor de dagopvang. Degenen die de hele dag
thuis waren kregen in het weekend voorrang als ze dat wilden. Acute zaken
werden er direct bij gedaan, we gingen af en toe naar een begrafenis, als we
daarvoor uitgenodigd werden en deden nazorg bezoekjes aan de nabestaanden. We
signaleerden en deden er iets mee, dat ging in een moeite door. Regelgeving,
certificaten en protocollen over van alles en nog wat hebben de zaken dusdanig
vertraagd dat ze onhandelbaar en onwerkbaar geworden zijn.
De wijkzuster is de verpleegkundige die in de wijk werkt. De
huidige plannen zijn ondoordacht, ontransparant, onuitvoerbaar. Sociale teams,
welja gooi er nog maar 4 uur vergaderen bovenop, nog meer mensen die niet 'uitvoeren'.
Diederik Samsom moest er zo nodig over twitteren en toen
bleek: is verliefd inderdaad …op de wijkverpleegkundige, alleen heeft hij geen
idee waar hij het over heeft.
Oh, en voor ik het vergeet, dames en heren politici, een
verpleegster is zo'n non-achtige dame van het blikje Droste cacao, zij is helaas reeds
lang geleden ter ziele gegaan.
©Gavi Mensch
Nederland BV, 15-3-2014
PS De wijkverpleegkundige is er alleen maar op achteruit gegaan, in voldoening in het werk, in salaris (overwerk, weekend- en avonddienst toeslagen) en in ATV dagen.
Aanvulling en antwoord op blog van Willie Velinga Velinga http://www.mijnvakbond.nl/Help-ze-zijn-verliefd!#.UyMDa179_Yk.twitter
Geen opmerkingen:
Een reactie posten