Posts tonen met het label grootmoeder Anna. Alle posts tonen
Posts tonen met het label grootmoeder Anna. Alle posts tonen

zaterdag 3 mei 2014

Bevrijdingsmonument, een verslag.




Vanavond hebben we de doden van de Tweede Wereldoorlog herdacht, in Maastricht, op het Koningsplein daar waar het Bevrijdingsmonument staat. 
Een alternatieve herdenking op 3 mei!


De heren in pakken verkiezen de herdenking te doen op het Herdenkingsplein, dat ligt in het centrum, daar krijg je geen modder aan je schoenen.


Het was een plechtige intense bijeenkomst met veel meer mensen dan vorig jaar. Met mensen die de oorlog overleefd hebben waaronder de dame van 92 die dit dé plaats vindt om te herdenken, een Oud Indië-strijder, een oudere heer die voorlas. 
Maar ook veel mensen van de generatie geboren in de oorlog of net daarna.  Huiveringwekkend was dat terwijl er gesproken werd over het bombardement, er vliegtuigen over vlogen, 4 in dat half uur om precies te zijn. Vervelend was dat het verkeer op de A2 maar door raasde. Alsof je hard kunt weglopen voor oorlogsleed.

[ Op 10 mei 1940 vielen de Duitsers Nederland binnen. Omstreeks zes uur in de ochtend werden de twee verkeersbruggen en de spoorbrug over de Maas door het Maastrichtse garnizoen opgeblazen in een poging de Duitse opmars te vertragen. Enkele uren later capituleerde het garnizoen en konden de Duitsers met bootjes de Maas oversteken. Ook het vlakbij gelegen Belgische fort Eben-Emael was al zeer snel uitgeschakeld. Na de capitulatie van Nederland op 14 mei begon de Duitse bezetting, die in Maastricht vier jaren, vier maanden en vier dagen zou duren. Door fusillades en gedwongen tewerkstelling kwamen enkele tientallen Maastrichtenaren om. Het grootste verlies leden de Maastrichtse joden: van de 515 leden van de Joodse gemeente in 1940 waren er in 1945 nog slechts 145 over.
Eind augustus 1944 begonnen de Duitse troepen zich terug te trekken uit de stad. Op 13 september trok de Amerikaanse 30e infanterie divisie ('Old Hickory') het stadsdeel Wyck binnen en een dag later was de hele stad bevrijd. Hoewel de bevrijding van Maastricht driekwart jaar eerder kwam dan in Noord-Nederland (en er dus geen hongerwinter was) en een groot Amerikaans distributiecentrum in de stad was gevestigd, was er gebrek aan alles en bleven veel artikelen tot ver na de oorlog op de bon.
De oorlogsschade was weliswaar niet te vergelijken met sommige andere grenssteden, zoals RoermondVenloNijmegen of Arnhem, maar toch eisten de geallieerde luchtbomdardementen, onder andere op de wijk Mariaberg (november 1941) en op de spoorbrug (augustus 1944), niet alleen veel doden, maar leidden, door het wegvallen van een groot areaal woningen in Rood dorpQuartier Amélie en Blauw dorp, decennialang tot grote woningnood.] uit wikipedia de gechiedenis van Maastricht

Twee jonge jongetjes die een gedicht voorlazen en de krans mochten dragen; alle anderen die stil en ingetogen de verhalen en het gebed aanhoorden en nog een gedicht. 
Een jongeman blies de 'Last Post' en het volkslied, dat door de aanwezigen meegezongen werd.......... indrukwekkend.

Kleine groepjes, wisselend van samenstelling, van het ene been op het andere op het hobbelige terrein en het slecht gemaaide gras. Er werden witte rozen gelegd en bossen bloemen. Aan de voeten van elk beeld van het monument,net als vorig een rode roos.

 Daarna werden er rozen gelegd bij de struikelsteen in de straat naast het monument.
1924-1943 weggehaald uit haar huis, overleden in Auschwitz op 19 jarige leeftijd

                             



En een krans op het Old Hickoryplein bij de bevrijdingsboom. 


Mensen in gewone kleren met sombere gezichten,waarschijnlijk denkend aan wat was en zeker aan wat is. 
Er werd onderling gesproken over nieuwe fascisten, over Wilders en zijn knechten. 
Over de verplaatsing van de herdenking, die van het volk is en niet van zogenaamd belangrijke mensen.




Deze bijeenkomst lijkt meer op de herdenkingen die ik vroeger in mijn geboortestad meemaakte. 



Het geeft stof tot nadenken, het motiveert om te blijven strijden tegen fascisme. Het was een bijzonder  uurtje! 
Met dank aan Corina Karstenberg, die mij vorig jaar voor het eerst meenam naar deze alternatieve herdenking.


Zie ook de website van Corina: 

©Gavi Mensch
   Maastricht, 3-5-2014.



Bevochten vrijheid, maar sommigen zijn nooit bevrijd en  zitten gevangen in zichzelf....


.

zondag 23 februari 2014

Anna, 22 februari 1894

Voor mijn kleinkinderen.

Op 22 februari, maar dan in 1894, 120 jaar geleden op de dag af, werd mijn allerliefste grootmoeder Anna geboren.

 Ik noemde haar behalve Oma ook wel Anna, zoals mijn grootvader dat deed. Oma zei daar nooit iets van. Ook mijn vader noemde zijn schoonmoeder Anna, ik heb hem nooit moeder horen zeggen tegen haar. 



Ze werd geboren in een redelijk groot onderwijzersgezin. Haar vader werd door de familie Opa met de baard of Opa van het Beverwijcksplein genoemd.  
Mijn ouderlijk huis grensde aan de achterkant ook aan dat plein, het was nooit bij me opgekomen dat mijn vader mijn moeder misschien wel had leren kennen op het plein.





Mijn Oma woonde met met mijn Friese Opa in Zwijndrecht, waar beiden ook onderwijzers waren geweest. Het huis waar ze zo lang woonden staat er nog, het huis met het luik in de vloer voor de onderduikers en met de kast op de slaapkamer met een dubbele wand voor de pamfletten.  Ik was graag bij mijn grootouders, liever dan thuis denk ik nu wel eens.  



Anna en ik hebben behalve een miljoen andere zaken iets heel belangrijks gemeen. We speelden allebei op dat Beverwijcksplein, dat achter mijn ouderlijk huis lag en een uitstekende speelplek was. Ik leerde daar rolschaatsen met Jetje S. die veel mooiere rolschaatsen had als ik en heel vaak patat at, terwijl ik veel andijvie moest eten en dure levertraan met sinaasappelsmaak kreeg.
Ik begreep toen nog niet dat het of of is en niet en en.


Mijn knieën heb ik daar kapot gevallen op dat plein en zo ook de mooie Gerzon maillots die in van mijn grootmoeder kreeg. Er was 'een Gerzon' in Dordrecht maar mijn grootmoeder vond die in Rotterdam prettiger, een goed excuus bovendien om met haar kleindochter, moi, op de trein te stappen en er een 'daagje' van te maken. 




Een uitje waar meestal ook een bezoek aan de Cineac aan vast zat, de doorlopende voorstelling en natuurlijk het Polygoon-journaal; televisie hadden we nog niet en Anna was verzot op het nieuws.  

Daarna was Ruteck's aan de beurt op de lijnbaan. Een echte tearoom waar je een taartje van de schaal mocht kiezen, een merengueachtige 'nattezoen' voor Oma en een vierkant cakeje met marsepein voor mij. Serveersters in het zwart met witte schortjes en gesteven kanten kapjes op. 



De televisie was voor haar een welkome afleiding. Mijn grootvader was voor de oorlog al doof door een ongeluk en gaf hele dagen les, schriftelijk. En als hij geen les gaf studeerde hij. Mijn grootmoeder zat vaak bij de televisie te breien, ze was gek op Kamerdebatten en schaatsen, op detectives en de berichten over het koninklijk huis.

Anna had soms nog een zoon  in huis, kapitein op de grote vaart, of een schoondochter, gescheiden of niet gescheiden. Haar devies was dat er aan een ronde tafel altijd plaats is. 
En ook ik heb een tijdje bij haar gewoond, met mijn dochter. Ze was er  gewoon voor ons.

Oma regelde alle sores in dit leven met eten, als je at ging het over. Ze kookte graag vers en er was altijd fruit ook al had ze fruitbomen in de tuin. Boerenkool met worst van de slager. Die van de Hema aten we op straat, een heel enkele keer, heel stiekem met de hand er voor.
Ik kan haar bietjes met kruidnagel nog proeven als ik er aan denk. En de uitgebakken spekjes en de veel te vette jus.
Soms mochten de kleinkinderen frietjes halen maar Oma had daarbij altijd groenten en draadjesvlees klaar staan.


Anna zorgde, verstelde, zat in het verzet, leidde vrouwenbewegingen op het platteland. Oma breide, paste op al haar kleinkinderen, kwam met de bus, moest altijd rennen voor de wc en droeg hoeden. Een wonderlijke vrouw, mijn grote voorbeeld.

Ik heb zo veel herinneringen aan mijn grootmoeder, ze was de allerbelangrijkste mens in mijn leven, ze was gul en wijs, goedlachs en rebels.


179Geboorteakte Jannetje Cornelia Plokhooij, 22-02-1894
Geboorteplaats:
Dordrecht
Geboortedatum:
22-02-1894
Kind:
Jannetje Cornelia Plokhooij
Vader:
Willem Hendrik Plokhooij
Moeder:
Geertrui Oosterling



120 jaar zou ze geworden zijn. Ze zou het gehaald hebben als ze niet gevallen was en de slordige chirurg niet 'vergeten' was om haar bovenbeen zó te repareren dat ze er weer op kon staan. In plaats daarvan lag ze in tractie en overleed aan een longontsteking. Twee maanden lang ging ik elke dag, voor en na mijn werk, naar het ziekenhuis om haar te wassen, de zusters mochten niet aan haar komen, die waren ruw en deden haar pijn. 

De laatste dagen zat ik bij haar, joeg de dominee weg en maande haar kinderen om niet over begrafenissen te spreken.
Ik hield haar hand vast met twee handen. Ik hield haar bij me toen ze haar laatste zucht slaakte. 
Een lang en zwaar leven, waarin twee oorlogen en veel onheil maar ook veel vernieuwingen, geleefd met veel optimisme en hoop, een goede moeder en een uitzonderlijke grootmoeder en overgrootmoeder.

Ze was een voorbeeldig mensch!
Anna, ik mis je nog steeds!


©Gavi Mensch 
22-2-2014



Zie ook  Lessen van Anna 1 Lessen van Anna 2  Lessen van Anna 3 Nog een wijze les van Anna Een meisje met tegoed  4 mei Over politiek en keuzes
Sobre mi abuela Anna en Español :  Solamente los peces muertos

All rights reserved 2014 (including the rights on most photomaterial)

Bovenstaand blogstukje is een extract van een verzameling verhalen over mijn grootmoeder.
.

donderdag 2 mei 2013

4 Mei gaat nooit voorbij.


Dat ik geboren ben op Bevrijdingsdag komt omdat de dag daarvoor 4 mei was, Dodenherdenking. 

Wat moet het lastig zijn geweest om 7 jaar na dé oorlog op 4 mei met weeën te hebben gelopen. In het geval van mijn ouders hadden beiden de oorlogsnaweeën geprobeerd te versluieren met hard werken. Mijn vaders familiebedrijf was in de oorlog door de bezetter afgebrand en mijn vader had ondergedoken gezeten. 

Mijn moeders familie had geleden onder de angst voor ontdekking van de schuilruimte voor 8 onderduikers en de bergruimte voor de illegale krant in haar ouderlijk huis.
Mijn moeder verloor 5 jaar van haar leven door de oorlog. Er werd in haar adolescentie geen feest gemaakt, geen verjaardag gevierd. Er was nergens geld of ruimte voor. 

Ze leefde in angst elke keer dat een vrachtwagen de straat doorreed. Zij ging door de linie heen melk halen bij de boeren in de Biesbosch voor haar pasgeboren neefje. Op een fiets met houten banden, zonder eten in haar maag, met een roeibootje de rivier over waar de vijandelijke troepen op de loer lagen. En met datzelfde bootje ook weer terug, na uren fietsen en met de zo nodige melk. Ze was getraumatiseerd zoals zo velen. Maar daar klaagde je niet over, je leefde immers nog? Een keer heeft ze me verteld dat ze op bepaalde plekken in haar geboortestad niet meer kwam omdat ze daar mensen had zien vermoorden.
Onze leefruimte, zeker die van mij als enige dochter van vier kinderen, werd ernstig belemmerd door het oorlogstrauma van mijn moeder. Ze was bang, jaloers en vond mijn vrijheidsdrang vervelend en deed alles om dat te remmen.

Ik kon dan ook beter overweg met mijn vader, tenminste als mijn moeder niet in de buurt was. Mijn vader was een survivor, pittige persoonlijkheid, bedrijvig maar ook o zo boos op de bezetters. Ondergedoken vanwege zijn opgelopen tbc. Het overlijden van zijn vader in 1942. De verantwoording voor het bedrijf als jongste van vier kinderen. De heropbouw.
Zijn joodse vrienden en vriendinnen, allemaal met hun eigen verhaal, een vriendschap die voortleeft in de dochter van zijn joodse vriendin en mijzelf.


Mijn moeders familie, die zo veel te verhalen had, mijn grootouders met hun lessen in tolerantie en vergeven maar nooit vergeten. Mijn jeugd en die van mijn hele generatie is gelinkt aan een oorlog waarin miljoenen mensen omkwamen door Hitler en zijn opportunistisch populistische en blinde volgers. Aan de gevolgen en de verhalen.

Onrecht, jaloezie, wreedheid, gevangenschap, horror, concentratiekampen, treinen, vergassen, rechteloos, machteloos, reddeloos, stateloos, overheersing, ontwrichting, foltering, de lijst met nare woorden is te lang.


Het uitsluiten van mensen om hun geslacht, voorkeur, geloof, ras of huidskleur gaat maar door. En mijn buurman steunt zo'n uitsluiter. Omdat iemand de waarheid maar eens moet zeggen?
Welke waarheid? Die van het geschopte jongetje of van de over lijken gaande ambitieuze politicus? Die van het eeuwig zaligmakende 'iets' van ons? Een Indonesisch jongetje dat zijn haar verft omdat hij Arisch wil lijken? Om niet ooit opgepakt te worden door de volgende mensenhater wordt hij er zelf een?

Gaan we de vrouwen en de gays, de Roma en de Gitanos, de dikke en te dunne mensen, de gehandicapten (het peroxideding heeft daar ook al niets mee, zeer opmerkelijk) en alle mensen die geen Wilders, Agema of Teeven of Jansen e.d. heten het land uit gooien? De zieken zijn lastig, weg ermee? Socialisten worden gepiefpafpoeft? Iemand nog andere suggesties voor een opruiming?

Op 4 mei wens ik dat de PVV en de VVD niets anders te horen krijgen dan oorlogsellende uit 40-45, geen enkele zender zou iets anders moeten uitzenden, geen videotheek zou iets anders mogen verhuren, de radio stuurt interviews met oorlogsslachtoffers het land in afgewisseld door hele zware muziek. Iedereen die zich beweegt tussen 20.00 en 20.02 wordt opgepakt, zoals de republikeinen en eenzame eenlingen op '30aprildag'.  Gewoon maar een wens voor één dag.Een niet uitvoerbare wens.

Het beperken van vrijheid geldt te vaak voor de verkeerde mensen. En het kan ook niet bij de juiste mensen al was het alleen maar voor het goede (educatieve) doel.

Onze vrijheid is bevochten, bevochten maar nooit begrepen.
Er is geen vrijheid die gevolgd wordt. Slechts domheid wordt gevolgd door meningloze pretentieuze populisten die later claimen dat ze niet wisten, fascisten of pausen, dictators of priesters, moordenaars van kinderen of kinderlijk vertrouwen.

De nalatenschap van onoverkomelijke trauma's achterlatend willen ze geen dodenherdenking. In deze wereld is de achtervolging door haatzaaiers nog steeds gaande. Dichtbij en verder weg. Overal duikt het fascisme op. Een oorlogstrauma kun je niet wegbezuinigen, geen enkel trauma. Maar we gaan kinderen en zieken uitsluiten zeggen de baas en zijn gedogers. De vijand peutert niet aan de landsgrenzen, maar aan de grenzen van het fatsoen van de menselijkheid en de weldenkendheid. Blinde volgers hebben geleid tot massamoorden.

Op 4 mei herdenken wij de horror van de Tweede Wereldoorlog, van onze Nazislachtoffers, van de miljoenen doden die in die oorlog en erna nog vielen door de acties van Hitler en zijn gespuis. Nog niet alles is opgeruimd en opgeklaard. Zolang er nog een eenzame oude vrouw is die geen kinderen kon krijgen door experimenten van de nazi's, zolang een grote bevolkingsgroep een oorlogstrauma heeft, zolang blijft 4 mei de dag van de dodenherdenking.


Opdat het nooit meer gebeure, ook al loert het om de hoek.



@Gavi Mensch
 Nederland, 2-5-2013


En trots op de opname van deze column in Crescas: http://www.crescas.nl/site/home/

maandag 3 mei 2010

Vier mei



Het is half acht en er klinkt tromgeroffel op het plein.

Mijn vader heeft net de vlag uitgehangen, niet helemaal omhoog. Hij wappert sloom voor het raam van mijn kamertje.
Het tromgeroffel komt steeds dichterbij en bezorgt me kippenvel. Er klopt iets niet in het ritme van de slagen. De tranen schieten in mijn ogen, maar ik huil niet. De opgesloten tranen maken rechtsomkeert en verstoppen mijn keel. Ik slik. 
Het tromgeroffel is nu onheilspellend dichtbij. Ik ga uit bed en kijk uit het raam. De trommelaars komen net de hoek om. En er achter aan lopen een heleboel mensen met sombere gezichten en donkere kleren. Ze dragen bloemen en kransen, maar het blijft een speciaal verdrietig gezicht.

Plotseling ontdek ik mijn grootmoeder. Ze heeft haar zondagse jas aan en een plechtige zwarte hoed op. Ze loopt langzaam mee met de mensen die allemaal star voor zich uit kijken. Ik klop op het raam maar ze hoort het niet en ik durf ook niet harder te kloppen. Ik mag alleen wakker blijven als ik stil ben.

Ik pak mijn boek weer op, maar ik durf niet te lezen. Het is een vrolijk boek en vrolijk is niet goed vandaag. Behalve het steeds minder luide getrommel hoor ik niets. Er is geen verkeer op straat, ik hoor de treinen niet.
Ik denk dat er iets mis is. 
Angstig kruip ik uit bed en sluip naar het trapgat en gelukkig hoor ik gedempte stemmen in de woonkamer. De tranen, die nog steeds in mijn hoofd zitten, glijden langzaam naar buiten. Luidruchtig haal ik mijn neus op.
Mijn moeder heeft het gehoord en roept dat ik naar bed moet gaan en dat ze dadelijk de vlag wel binnenhaalt. Haar stem klinkt hard in de stilte

Na een tijdje hoor ik mijn vader naar boven komen, hij hoest altijd op de trap.
Hij komt zachtjes mijn kamer in en ik zie door mijn oogharen dat hij de vlag eerst helemaal omhoog hijst en daarna naar binnen haalt. Terwijl hij de vlag opvouwt, zucht mijn vader een vlaag van verdriet mijn kamertje in.


Ik doe net of ik slaap, maar mijn vader zegt zachtjes welterusten en gaat weer naar beneden. Het lijkt een soort geheimpje; hij weet dat ik niet slaap, maar hij verwacht ook geen antwoord. Waarschijnlijk hebben wij geheimpjes, omdat mijn broers geen vlaggenstok voor hun raam hebben. 


En morgenochtend komt hij weer de vlag hijsen maar dan helemaal naar boven. 
Dan zijn er weer trommelaars maar vrolijke van Jubal, het muziekkorps. 
Dan heb ik geen tranen in mijn keel maar vlinders in mijn buik.
Want onze vlag en alle andere vlaggen in de straat én de muziek zijn speciaal voor mij. 
Dan lacht mijn vader en geeft me een kus.

Want morgen ben ik jarig, op Bevrijdingsdag!



©Gavi Mensch
Dordrecht,1958
Jerez, Spanje: 4 mei 2005, 20.05u.
Maastricht, 4-5-2010

zondag 7 maart 2010

Solamente los peces muertos se dejan llevar siempre por la corriente.


'Solamente los peces muertos se dejan llevar siempre por la corriente'

Ese era una de los lemas de mi abuela Anna y en los últimos días he estado pensando mucho en esa frase; mis hijos y yo pertenecemos a un movimiento rebelde y algunas veces lo llevamos a lo extremo.
Mi hija en su trabajo, mi hijo en sus creaciones y yo en mi vida  diaria.




 "Anna, Anna, me tenías que haber puesto la palabra 'siempre' en mayúsculas.
Y haberme explicado que eso no significa que los peces vivos siempre van contra la corriente. Creo que, en mi vida  me he llevado tu frase como justificación para irme demasiadas veces en dirección contraria, para poder distinguirme de los peces muertos".




No creo que lo haya hecho mal del todo. Muchas veces era necesaria  ir en contra de lo establecido, por la simple razón que no me encontraba en una situación estandarizada, que no encajaba en los protocolos, que llevar al contrario a mucha gente era una necesidad, una lucha contra lo injusto, no siempre solamente para mi, para nosotros,  pero también para esa parte de la sociedad que había perdido la fuerza para poner batalla a la injusticia. La parte que se dejaba llevar por la corriente sin preguntar, por ignorancia, por miedo a represalias, o por simple debilidad.

Pero algunas veces me he pasado por la costumbre de "llevar a lo contrario"; por no poder aceptar que alguien establece las reglas para mi personalmente.
Y me justificaba a mi misma con los ejemplos de peces muertos, los que siguieron ciegamente a Franco, a Hitler, a Pinochet, a Castro o ahora a Chávez. Pero también los seguidores ciegos de lo que deberían ser instituciones para el bien común: las iglesias, los papas, los movimientos religiosos ortodoxos y los movimientos separatistas extremistas y  la política en general.

No solamente son peces muertos los pueblos sin voz, pero también son peces muertos los poderosos sin conciencia, buscando la fama o el dinero fácil, personas y en general hombres prostituyéndose para conseguir poderes que nunca les pertenecían, ni ahora les pertenecen.  Seguidores ciegos no suelen protestar y si lo hacen, lo hacen después de los hechos o a los que no pueden hacer nada para cambiar la situación.




Yo siempre he protestado, demasiado y desde hace algún tiempo  me alejo de los ciegos, simplemente por estar cansada de ellos. Cansada de luchar contra todo lo ilícito y de tanto invidentes. Ahora tengo que aprender de tragar mi indignación y además enseñar a mis hijos el otro lado del refrán: a  los peces vivos no les conviene ir siempre contra la corriente, es conveniente que descansen en tiempo  o meramente mantenerse a flote.




©Gavi Mensch
Confesiones a ningún dios
Jerez, 19-11-2007.
Maastricht,7-3-201



Update: Y sigue siendo actual asi que ….vale tambien el 3-6-2013, para  Turcos, Españoles y Neerlandeses, por ejemplo.




maandag 1 maart 2010

Lessen van Anna 2


Ik zie het voor me, ik lucht mijn hart.

Het vernuftige orgaantje verwijder ik even: scalpel, sneetje, bloed en hup...naar buiten ermee, in de frisse zuurstofrijke lucht. Even uitwaaien. En daarna? Hou ik het dan in mijn handen, zoals bij  een 'Jezus van het heilig hart'? Of hang ik het bij de fris gewassen lakens buiten aan een ijzeren waslijn? Met de knijpers aan de aorta?




Zou het niet prettig zijn als je dat geluchte hart eerst even kon schoonspoelen voordat het weer teruggeplaatst wordt? En een scheutje 4711?
Ik bedoel maar, al het oude verdriet eruit, de kamers even schrobben, de kleppen in de was, boenwas, dat ruikt ook nog lekker. De sores, die als cholesterol aan de vaten kleeft, wegschuren met zand, zeep en soda. Grote schoonmaak, het is voorjaar, vooruit met de geit!




Anna, mijn lieve en wijze grootmoeder, zou mij aankijken met haar blik van voorzitster van de Vereniging van Plattelands Vrouwen. “Orde, orde in de zaal!”
En ze zou mij vragen: “Kleindochter, waar ben je nu mee bezig?”
“Ik ben mijn hart aan het luchten, Oma, het was smoezelig van het hartzeer, het rook ook niet zo fris. Waarschijnlijk van al die nare belevenissen, die als je ze niet opruimt toch gaan liggen rotten.”

Grootmoeder zou haar hoed wat rechter op haar grijze krullen geplant hebben de hoedenpin opnieuw hebben vastgestoken en over haar bril naar me gekeken hebben, een denkrimpel tussen haar lieve ogen.
En ze zou haar hoofd geschud hebben, dat wist ze van te voren, dat ze haar hoofd ging schudden. Daarom moest die hoed goed vast zitten. Je kunt je kleindochter niet serieus toespreken met een wiebelende hoed.

En dan zou ze zeggen dat een hart gemaakt is om bloed door te pompen, het bewijs dat je leeft.

 “Alleen de doden kunnen niets meer leren van hun sores. Verdriet is een grens, daar kun je braaf achter blijven liggen huilen, maar je kunt er ook overheen. 
Hoe goed is dan het terugkijken! Dan heb je de sores achter je gelaten! 
Lieve kind, wat wil je met een schoon hart? Een schone lei, dat begrijp ik, maar een vlekkeloos hartje, dat eenmaal schoongemaakt wel weer 100 jaar meegaat? Wil je 130 worden soms? En waar ga je dan aan denken als je oud bent en de eerste 30 jaar van je leven mist?”

Anna hoefde niet vaak haar hart te luchten. Ze accepteerde het leven zoals het was. Veel gedaan, veel meegemaakt. 92 geworden en in mijn armen haar laatste adem uitgeblazen. Verzetsvrouw, moeder van lastige kinderen, een dove man en nooit te beroerd om iets voor ons te doen. Mijn voorbeeld, denk ik nu.


Niet nodig dus, je hart luchten. ”Vertel je verhaal maar”, zou ze zeggen,”dan ben je het kwijt. Laat je hart maar waar het hoort. Een enkele onregelmatige slag, maakt dat je je bewust bent van het tijdelijke, van dat je verder moet en niet terug”.

Ik vertel nu dus af en toe mijn verhaal, daarna moet ik verder. Verzamelen voor als ik oud ben, iets hebben om op terug te kijken. Het vertellen van het verhaal is een soort geheugentraining. 


Voor later, voor als mijn kleindochter zegt: “Oma, Ik moet mijn hart luchten.”
Dan moet ik met mijn doordringende ogen en lachrimpels naar haar kunnen kijken en mijn woeste krullen in bedwang houden, om serieus te lijken. En razendsnel de sores de revue kunnen laten passeren.
En bedenken dat mijn kinderen daar tussen zaten, het ook overleefd hebben en mijn kleinkinderen daar hun wijsheden uit moeten putten.
En dan moet ik glimlachend kunnen zeggen: “Lieve kind, wat moet je nou toch met zo’n schoon hart?”

Time flies!




©Gavi Mensch
Dordrecht 1985/Utrecht 2009

All right reserved 2009


.