.
Ze is al maanden bezig om haar verloren stukje een plek te
geven, mijn kleindochter.
Soms lijkt het dat alleen dingen leren en opgevoed worden
een deel van haar leven zijn.
Ze heeft zich eerst maanden aan de benen van haar
moeder vastgeklemd. Die had haar broertje aan de borst en wat kun je anders
doen dan jezelf voel- en hoorbaar maken. Niemand deugde echt, alleen Mama. Met
Papa kon ze wel dollen, die geeft geen borst. Maar tegenwoordig geeft hij wel
prakjes aan de baby.
Nu zijn de zaken nog anders geworden.
Blanca is zindelijk, kan alles zelf, heeft zelfs haar
heerlijke troost-speentjes ingeleverd en onvrijwillig afgeschaft. Persoonlijk
zou ik daarmee gewacht hebben tot haar broertje van de borst af was, maar ik
houd erg van symbolische acties en word (soms terecht) uitgelachen.
Mijn grootmoeder neigingen tot ouderlijke ongehoorzaamheid
onderdruk ik. Maar niet altijd kan ik correcties van mijn dochter en schoonzoon
voorkomen. Daarom neem ik mijn kleindochter het liefst mee op avontuur. Plassen trappen,
ganzen voeren uit de hand, worteltjes delen met de geiten, ik een hapje jij een
hapje! Ook bladergevechten en keihard zingen in de auto. Allemaal dingen die
opvoedende ouders niet kunnen doen.
Gisteren heb ik opgepast op mijn vrolijk tweetal. Dat wil
zeggen, ik heb er geluncht en gewacht tot ze klaar waren met hun middagslaapje.
Mijn kleinzoon is al snel wakker, die doet hazenslaapjes. Hij trekt aan
mijn haar, probeert mijn ogen uit de kas te krijgen en doneert prachtige
grijnzen en lachjes met geluid.
Zodra hij gaat mekkeren leg ik hem in de box
met speen en deken. Binnen enkele seconden slaapt hij weer.
Daarna wordt mijn kleindochter wakker en roept. Als ik om de
hoek van de deur kijk, lijkt ze helemaal blij. Ze hoeft even niet te doen alsof.
Ze hoeft geen strijd te leveren. Geen theater te maken. En ze weet dat.
Ik laat haar de trap af klauteren en prijs haar de hemel in.
En als zich aangekleed heeft, gaan we vingerverven en stickers plakken. Niet
leuk meer? Dan gaan we kleuren en kleien. Alles wat zij wil. Ik ben er voor
haar.
En als haar ouders thuiskomen met mijn auto, doen we de
jassen aan en vertrekken. Wij gaan beren kijken! En shoppen.
In de beroemde zaterdagmiddag-file naar het winkelcentrum, tellen we
verlichte kerstbomen en teken ik beren op de beslagen ruiten. En we zingen. En
steken onze tong uit tegen 'zuurpruimcollegafilerijders'. En we lachen.
Bij het winkelcentrum huren we een boodschappenlimousine en
rennen met 45 km per uur door de regen naar binnen. Daar is alles kerstbomen en
kerstballen. We kijken naar chocoladekerstmannen, ananas en mandarijnen en
speelgoedvogels, allemaal benodigdheden voor een vredige kerst. Dan gaan we op
avontuur. De opstelling van de bewegende ijsberen, pinguïns, wolven en
zeehondjes in het sneeuwlandschap is helemaal naar onze zin.
Mijn kleindochter
kijkt haar ogen uit, huilt als de wolven en bromt als een baby ijsbeer. Ze kan
alles benoemen in twee talen en oogst daarmee bewondering van omstanders. We
zingen van twee beren die krentenbroodjes smeren. En niemand die vindt dat ik
voor gek sta.
Dan durven we met de limousine op de rolbaan naar beneden
terwijl boven ons hoofd een kerstmannetje razendsnel heen en weer fietst op een
slap koord.
Beneden kan Blanca vanuit de limousine in de vakken kijken;
lopend ziet ze slechts de onderkant overal van. Haar keuze valt op een kerstvogel,
goede keuze! De haarspeldjes met de gillende kleuren en glitters kan ik nog net
terughangen. Ik zeg dat Mama dat niet mooi vindt, inclusief knipoog. Volgens
mij begrijpt ze dat en grijnst. Oh ja, Blanca is net 2 1/2 jaar oud.
Bij de kassa staat de chocoladekerstman. Hoe ze weet dat
daar chocolade in zit, is me een raadsel. We betalen en gaan boodschappen doen.
Bij AH staat een zingend rendier dat haar goedkeuring helemaal kan wegdragen;
ze zingt Jinglebells mee in vlekkeloos Engels. De mevrouw die taart laat
proeven geeft haar een flink stuk. Ik ruil het snel om voor een klein stukje
vanwege 'zoete melkproducten met mate'. Ze eet het zelfstandig op, met een
vorkje, zonder morsen en weer oogst ze complimenten.
Ik voel me alsof ik met háár mee mag.
Dan zeg ik dat we weer naar huis gaan. "Niet naar
huis", zegt ze heel beslist, "naar Oma!"
Ik probeer mijn
gestreelde ego te kapittelen en geef Mama het voordeel van de twijfel. Ik zeg
dat Mama gaat huilen als ze niet terug komt. En Papa en Óscar ook.
Ze kijkt me aan met een oudemensenblik. Even knijpt ze haar
ogen samen en zegt dan iets harder: "Niet naar huis, niet naar Mama, niet
naar Papa en niet Óscar, naar Oma."
Dat is een hele lange opsomming voor een 2 1/2 jarige. Ik
lach niet, ik neem haar serieus. Dus zeg ik, met een beetje verdrietige blik,
dat ze een andere keer bij Oma mag logeren. Ze troost me en zegt: "Niet
uilen Oma" en aait over mijn wang.
Dan moet ik lachen en zij ook en we doen een high-five.
Thuis gekomen probeert ze het 'bij Oma' nog een keer uit op
Mama, maar als die ook 'een andere keer' zegt, geeft ze zich
gewonnen.....denken we.
Het avondeten met bietjes gaat ze evenwel niet eten. Echt
zeer beslist niet! Mama probeert het met de uitvinding 'snoepjes-eten'. Papa
probeert het met een niet overtuigend: "Mmmm lekker".
Haar wraak is zoetig en donkerrood. Ze gaat voor de kip,
maar de bietjes zijn voor haar broer, zij eet dat niet.
Als Mama en Papa allebei de kamer uit zijn, pak ik haar
bordje en zoek een groot stuk biet uit. "Mag ik die opeten, alsjeblieft?"
vraag ik met een uitgestreken gezicht. Ze kijkt mij vorsend aan. Ik wacht niet
op het antwoord, steek het in mijn mond en prijs de spijs al kauwend. Ik zeg dat
je er spierballen van krijgt en prik wat biet met een stukje kip aan de vork. Ze voelt aan mijn arm en doet haar
mond open.
Op dat moment kijkt haar vader om de hoek van de deur en zegt streng
dat ik haar niet mag voeren. Ik kijk streng terug en vrolijk naar mijn
kleindochter.
Ze eet de hap op, eerst met wat moeite. Dan gaat als een speer
het hele bordje leeg. Ze rent naar haar moeder om het lege bord te laten zien. Ik moet van mijn
dochter mijn mond laten zien, maar die is echt niet rood.
En high-five is de beloning.
Blanca en ik lachen maar eisen voor haar het beloofde stukje chocolade.
Dan ga ik naar huis, alleen, zonder mijn kleindochter die
tevreden met haar broertje in bad drijft.
Soms moet je even een bondgenoot hebben om je zaak duidelijk
te maken.
© Gavi Mensch
Maastricht, 23-11-2012.
All rights reserved 2012
.